In steeds meer centra duiken fietsstraten of fietszones op. Hoewel die al heel wat jaren bestaan, blijken veel weggebruikers niet helemaal te weten wat er wel en niet mag. Daarom vind je hier een opfrissing.
Wat is een fietsstraat of fietszone?
Sinds 1 april 2023 spreken we eigenlijk officieel van een fietszone. Een fietszone, of fietsstraat, is een zone waar fietsers op de eerste plaats komen en specifieke regels gelden. Gemotoriseerd verkeer mag er wel rijden, maar zijn er meer te gast en worden er als het ware gedoogd.
Hoe wordt een fietszone aangeduid?
Het begin van een fietszone wordt aangeduid door een blauw verkeersbord F111 (een verkeersbord met daarop een witte fietser en een rode auto). De fietszone eindigt bij het blauwe verkeersbord F113 (hetzelfde verkeersbord met de fietser en de auto, maar dan met een rode streep erdoor).
In veel steden en gemeenten wordt het wegdek van een fietszone of de eerste meters ervan rood, roze of blauw geschilderd. In Grimbergen wordt aan het begin van een fietszone het bord F111 op het wegdek aangebracht. Dat kan een visuele ondersteuning zijn om je eraan te herinneren dat je in een fietszone rijdt, maar enkel het verkeersbord dwingt de regels in een fietszone af.
Welke regels gelden er in een fietszone?
- Auto’s of andere motorvoertuigen hebben toegang tot een fietszone, maar zijn gehouden aan een maximumsnelheid van 30 km/u. De snelheidslimiet geldt altijd, dus ook als er geen fietser te zien is. Opgelet: deze snelheidsbeperking geldt voor álle verkeer, dus ook voor de fietsers zelf.
- Motorvoertuigen mogen fietsers in een fietszone niet inhalen, zelfs niet als de weg daarvoor breed genoeg is. Fietsers mogen wel andere fietsers inhalen, zolang ze maar onder de snelheidslimiet blijven. Fietsen mogen ook gemotoriseerd verkeer inhalen. Dat moet wel gebeuren langs links, tenzij er een file is, dan mag het ook langs rechts.
- Fietsers mogen er de hele breedte van de rijbaan gebruiken als het een eenrichtingsstraat is. Is er verkeer toegelaten in beide richtingen, dan mogen fietsers de helft van de breedte aan de rechterzijde gebruiken.
- Verder blijven alle andere klassieke verkeersregels gelden in een fietszone. Dat wil zeggen dat indien er geen wegmarkering of verkeersbord een andere regeling aanduidt, de algemene voorrangsregel geldt: voorrang van rechts. Daardoor kan het gebeuren dat fietsers in een fietszone voorrang moeten geven aan verkeer dat langs rechts de fietszone inrijdt.
- Ook elektrische fietsen en speedpedelecs worden beschouwd als fietsen in een fietszone. Zij moeten zich echter ook aan de maximumsnelheid van 30 km/u houden.
De bedoeling van een fietszone is de fietsveiligheid en het fietscomfort in de dorps- of stadskernen te verhogen. In sommige straten is het immers onmogelijk om een afgescheiden fietspad aan te leggen of om het bestaande fietspad te verbreden.